In de pers

26 March 2018

VILT: Provincie Antwerpen beschikt over robuuste agrobusiness

De agrovoedingsindustrie draait op volle toeren in de provincie Antwerpen. Ruim 5.800 landbouw- en aanverwante industriële bedrijven realiseren samen een omzet van 16,2 miljard euro. Met slechts 17 procent van de bedrijven die in Vlaanderen actief zijn in het agrobusinesscomplex staat de provincie toch in voor 28 procent van de omzet. Volgens gedeputeerde van Landbouw Ludwig Caluwé ligt de verklaring in de toenemende grootte en sterke professionalisering van de bedrijven. De sterkte van het Antwerpse agrobusinesscomplex blijkt uit een analyse die is gemaakt voor de vijf provincies.

Met een bezoek aan aardappelverwerker Pomuni in Ranst en de cijfers uit een studie naar het agrobusinesscomplex wou de provincie Antwerpen duidelijk maken dat land- en tuinbouw ingebed zit in een sterk bedrijvennetwerk. De aardappel die de landbouwer oogst, moet bijvoorbeeld gewassen, versneden, verpakt en getransporteerd worden voordat hij als friet op ons bord verschijnt. Die aardappel zou ook niet geteeld kunnen worden zonder fabrikanten en verdelers van landbouwmachines en leveranciers van meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen.

De structuur en de dynamiek van de landbouw worden steeds meer bepaald door de relatie tussen de landbouw en de industriële actoren die rechtstreeks verwant zijn met de landbouw. Het zogenaamde agrobusinesscomplex slaat op de toelevering en tussenhandel, de landbouw, de verzamelende handel (bv. veilingen), de voedingsindustrie en groothandel. In de provincie Antwerpen bestaat het agrobusinesscomplex in de eerste plaats uit bedrijven die bakkerijproducten en deegwaren vervaardigen, groothandels en veterinaire diensten. Glastuinbouw, melkvee-, pluimvee- en varkenshouderij zijn de sterkhouders van de Antwerpse landbouw.

Het agrobusinesscomplex van de provincie Antwerpen telt in totaal 5.890 bedrijven. Hiervan zijn 3.600 bedrijven gespecialiseerd in land- en tuinbouw en 2.290 bedrijven actief in aanverwante industriële sectoren. Gedeputeerde voor Landbouw Ludwig Caluwé: “Op Vlaams niveau gaat het om 17 procent van de bedrijven. Een relatief laag percentage in vergelijking met de provincies Oost- en West-Vlaanderen. Toch slagen wij er in om eenzelfde omzet van 16,2 miljard euro te realiseren. Dat maakt van het Antwerpse agrocomplex veruit het efficiëntste ondernemingsmodel.”

Op vier jaar tijd steeg de toegevoegde waarde van de Antwerpse land- en tuinbouwbedrijven met maar liefst 30 procent tot een omzet van 501 miljoen euro. “Een resultaat waarmee we absolute koploper zijn in Vlaanderen en waaraan de glastuinbouw, varkens- en pluimveesector het meeste hebben bijgedragen”, zegt Caluwé. Hij schrijft dat toe aan de schaalvergroting en professionalisering op land- en tuinbouwbedrijven. Daardoor verbeteren de resultaten ondanks het dalend aantal bedrijven. “Ook bij de andere bedrijven uit het agrobusinesscomplex zagen we een stijging van de toegevoegde waarde. Zij realiseerden een omzet van 1,3 miljard euro. Dat is 22 procent van het Vlaamse totaal, waar de Antwerpse land- en tuinbouwbedrijven een kwart van de Vlaamse landbouwomzet realiseren.”

De gedeputeerde baseert zich op de analyse van het volledige agrobusinesscomplex die is uitgevoerd door de Vereniging van Vlaamse Provincies (VVP) in samenwerking met de vijf provincies. Het rapport bevat naast bedrijfsaantallen, omzet en toegevoegde waarde ook cijfers rond tewerkstelling en investeringen. Het rapport kan gedownload worden op de website van de provincie Antwerpen. “De cijfers tonen de sterkte van het Antwerpse agrocomplex aan. Iets wat we als provincie Antwerpen koesteren en in de toekomst willen blijven ondersteunen”, aldus Caluwé. Een kleine groep vertegenwoordigers uit de land- en tuinbouw dacht na over de mogelijke acties die de provincie hiervoor kan nemen. In juni wordt hierover verder gediscussieerd, en gaat de provincie in gesprek met een grote groep landbouwers, leveranciers en afnemers.