In de pers

14 December 2015

Opiniestuk in Gazet van Antwerpen: Afslanking provincies is dure Vlaamse besparingstrofee

Het Vlaams regeerakkoord bepaalt dat de provincie zich vanaf 2017 niet meer mag bezighouden met persoonsgebonden bevoegdheden zoals welzijn, cultuur, jeugd en sport. Die worden overgeheveld naar de gemeenten of naar Vlaanderen. Een dure besparing waarmee Vlaanderen goedkoop kan uitpakken, vinden Peter Bellens en Ludwig Caluwé.

Ik begrijp dat mensen die ver van de provinciale werking afstaan het een goede zaak vinden als gemeenten financiële middelen krijgen om de voormalige taken van de provincie zelf te kunnen uitvoeren. Men denkt dat daarmee de bestuurskracht van de gemeenten fors zal vergroten. De afslanking van de provincies is dan een opportuniteit om het beleid dichter bij de burger te brengen.

Helaas, ik moet deze burgers teleurstellen: de gemeenten geven zélf aan dat ze niet in staat zijn om die taken van de provincies over te nemen. Dus zal Vlaanderen deze bevoegdheden moeten overnemen. In plaats van beleid dichter bij de burger wordt de afstand zo alleen maar groter.

Onzichtbaar

Een provincie heeft nauwelijks dienstverlenende opdrachten naar de burger toe. Dat is de taak van het lokale bestuur. Daardoor is de provincie voor veel burgers een onzichtbaar niveau dat de publieke opinie niet mee heeft.
Wat doet de provincie? Ze versterkt haar sectoren, organisaties en lokale besturen door noodzakelijke activiteiten te ontwikkelen die zij financieel en/of organisatorisch niet kunnen realiseren. Zulke initiatieven hebben een regionale schaal én een neutrale actor nodig om efficiënt te kunnen werken.

Want welke gemeente moet de verantwoordelijkheid en leiding nemen bij bovenlokale initiatieven als de provincie haar rol niet meer mag spelen? Hoe kunnen kleinere gemeenten op gelijkwaardige wijze mee beslissen als ze in debat gaan met grotere steden? Gaat de Vlaamse administratie dat op zich nemen? Zit daar voldoende regionale en lokale kennis? En hebben ze voldoende gezag ten opzichte van lokale en verkozen bestuurders?

Impulsen voor vernieuwing

De provincie geeft ook impulsen aan vernieuwende projecten. Alleen zo kunnen sectoren, organisaties en lokale besturen innovatief blijven. Met deze impulssubsidie kunnen organisaties in een beginfase experimenteren en bij gunstig resultaat de ideeën omzetten naar regulier beleid.

Denk bijvoorbeeld aan TEJO, oftewel therapeuten voor jongeren. Dat is een vrijwilligersorganisatie waar jongeren tussen 10 en 20 anoniem en gratis terecht kunnen voor kortstondige therapeutische begeleiding. Na een succesvolle werking in Antwerpen werd een opstartsubsidie voorzien voor een TEJO-werking in Mechelen, Turnhout en Lier.

Op die manier kan een kant en klaar product, vrij van kinderziekten, worden overgedragen aan de Vlaamse overheid, de welzijnssectoren, voorzieningen, OCMW’ s of gemeenten. Ook hier rijzen vragen: gaat er bij de overheveling genoeg ingezet worden op zulke vernieuwende initiatieven? Zullen ook kleine lokale besturen en kleinschalige organisaties een impuls krijgen voor vernieuwende projecten?

Behalve bevoegdheden, verliezen de provincies ook eigen instellingen. Daar was geen vraag naar van de instellingen zelf of van de gemeenten die zulke instellingen ‘cadeau’ krijgen. Denk bijvoorbeeld aan de centrumstad Turnhout, die op eigen vraag haar cultuurhuis de Warande had overgedragen aan de provincie.
Als er zoveel vragen zijn en niemand vragende partij is. ten voordele van wie moet dat bestuursniveau dan weg? Zijn de provincies het slachtoffer van een besparingspolemiek? Ze hebben nauwelijks schuldenlast en vertegenwoordigen minder dan 2% van de overheidsuitgaven.

Efficiëntiewinst

Uit de onduidelijkheid waarin de provincies vandaag moeten werken blijkt bovendien dat Vlaanderen geen waterdicht plan heeft om deze nieuwe bevoegdheden op een gedegen wijze te integreren. Complementariteit tussen de verschillende bestuursniveau’s is vandaag een feit en levert efficiëntiewinst op. Hogere overheden moeten niet zelf gaan doen wat lagere overheden goed doen.

Wij vrezen dat de provincies simpelweg een dure besparingstrofee zijn waarmee Vlaanderen goedkoop kan uitpakken. De Raad van State doet binnen enkele weken een uitspraak over de juridische consequenties. Samen met onze instellingen, sectoren en besturen, wachten we af welke richting we uitgaan.