toespraken

19 September 2017

Toespraak tijdens de provinciale landschapsdag

Geachte collega-gedeputeerde, mijnheer de algemeen directeur, geachte professoren, doctoren en andere genodigden,

Welkom op de provinciale Landschapsdag.

Laat me vooreerst collega Luk Lemmens verontschuldigen.
We zouden aanvankelijk ieder vanuit de eigen bevoegdheden, Ruimtelijke Ordening en Erfgoed wat Luk betreft, en economie en internationale samenwerking wat mij betreft, een korte inleiding geven op de boeiende lezingen en interessante excursies rond het fascinerende onderwerp voor dit jaar, de Antwerpse Haven.

Dringende aangelegenheden hebben daar een stokje voor gestoken. Ik zal nu pogen een synthese te maken van beide invalshoeken. Uiteindelijk is dat toch ook de opdracht van hedendaagse planners.

De Antwerpse Haven beslaat niet minder dan 12.000 hectaren. Dat is een stevige hap uit het kleine Vlaanderen, net geen volledig procent. Dergelijk ruimtebeslag moet je waard zijn. Dat moet je verdienen. En dat doet de haven ook. Ze is goed voor 149.000 jobs en 8% van het Vlaams BBP. En dat laatste is enkel het rechtstreeks effect. Als we wereldwijd het 11de exportland zijn, is dat ongetwijfeld ook te danken aan de Antwerpse haven. Hierdoor is voor elk van onze kmo’s goedkoop zeetransport met vaste geregelde lijnen naar de hele wereld op enkele kilometers van de bedrijfspoort aanwezig. Dat is een ongelooflijke troef in het kader van de internationale concurrentie.

We moeten er alles aan doen om die investering in ruimte blijvend te laten renderen. Een van de uitdagingen vandaag is het vinden van voldoende mensen voor de talrijke openstaande vacatures. Als provincie doen we dat onder meer door via ons Havencentrum. Jaarlijks krijgen we daar 40.000 bezoekers. Vooral jongeren die we proberen warm te maken voor beroepsprofielen waarnaar men in die haven naarstig op zoek is.

We doen dat via een gevarieerd educatief programma, dat jongeren sensibiliseert inzake studiekeuze en tewerkstellingskansen in het havengebied. We hebben trouwens ambitie met ons Havencentrum. We willen uitgroeien tot een state-of-the-art havenbelevingscentrum. We willen op die manier met het Havencentrum het maatschappelijk draagvlak rond die haven helpen versterken én jongeren sensibiliseren voor een studiekeuze of job in de haven.

Maar we beperken ons in het Havencentrum ,bijvoorbeeld bij onze excursies, niet tot het economische. Er wordt ook heel wat aandacht besteed aan de verschillende landschappen in de haven van Antwerpen. Iets wat ook mooi aansluit op de lessen Aardrijkskunde.

Want de haven en het errond liggende gebied is ook een ideale plek om de geschiedenis van het landschap te ervaren.

Het landschap van vóór de mens, met in warmere en koudere klimaatperiodes het opkomende en weer terugtrekkende water. Met de Brabantse Wal en de Kalmthoutse Heide, duinruggen van zand afgezet door de ijzige winden of de poldergronden zeer vruchtbaar door de achtergebleven sedimenten na prehistorische of recentere overstromingen.

Die overstromingen lieten soms geulen en kreken achter. Eigenlijk is het niet zo verwonderlijk dat men bij het graven van het Deurganckdok een 14de eeuwse kogge vond, afkomstig uit Noord-Duitsland. Op oude kaarten vind men tussen Kallo en Doel een geul. Waarmee ik niet wil zeggen dat men met het graven van het Deurganckdok het historische landschap hersteld heeft.

Maar zo kom ik wel tot het landschap gemaakt door de mens, met de bedijkingen en inpolderingen, de bolle boerenakkers omzoomd door afwateringsgrachten en omgeven door rijen knotwilgen, de oude dorpen waar hier en daar tussen containers nog een kerktoren van rest.

En ook de forten Lillo en Liefkenshoek, die eigenlijk al getuigen zijn van de historische waarde die de Antwerpse haven al in de 16de en de 17de eeuw had, want als de Schelde toen al geen hoorn des overvloeds was, zou niemand de moeite gedaan hebben om forten te bouwen om ze af te sluiten.

Aan die Gouden Eeuw herinneren de benamingen van sommige van onze straten in de oude binnenstad. Soms droom ik wel eens hoe onze al zo mooie stad er zou uitzien mochten we onze vlieten, vesten en ruien terug onder water zetten. Maar tussen droom en daad staan, u weet het wel in de weg.

De heropleving van de haven in de 19de eeuw zorgde voor een ingrijpende wijziging van het landschap van onze stad. Voor de aanleg van het Bonapartedok verdween het hele zogenaamde boerenkwartier. 1300 huizen gingen onder de hamer. De rechttrekking van de Scheldekaaien betekende het einde van de Walburgiskerk en nog eens 600 huizen.

Ondertussen verliet de haven de stad en kende in de 20ste eeuw in een snel tempo een enorme expansie naar het noorden. Ze strekt zich nu uit over twee provincies. De 19de eeuwse dokken met waterpartijen bleven intact. Het geeft de kans om planmatig en met visie een nieuwe stedelijke samenleving te laten groeien rond deze relicten van een rijk havenverleden.
De exponentiële ruimtelijke havengroei richting de grens gebeurde louter met economische doelstellingen.
Toch zal je vandaag kunnen ontdekken dat tussen de industrie en de bedrijvigheid in de haven de natuur nog steeds haar plaats heeft. Meer nog, in heel de Antwerpse haven vind je vandaag beschermde natuurgebieden.

Doorheen de decennia is het besef van het belang van beschermde natuur in het havengebied gegroeid en worden de verschillende polders en schorren gekoesterd en versterkt.

Ook duurzame energie wordt een kenmerkend element van het havenlandschap. In de haven is het grootste windmolenpark aan land aan het groeien. En ook duurzaam personenvervoer wordt met de snelle waterbussen een factor.

Tenslotte moeten we er over waken dat de nog resterende vruchtbare polders rondom het havengebied mee een rol kunnen blijven vervullen in het waarborgen van onze voedselzekerheid en zo tegelijkertijd een levende herinnering blijven aan de functie die dit landschap gedurende eeuwen had.

Het laten samengaan van wonen, werken, natuur en landbouw vormt de uitdaging voor hedendaagse planners. Bij de provincie Antwerpen werken we aan de Nota Ruimte, een nieuw ruimtelijk structuurplan waarmee we het ruimtelijk kader willen vormgeven dat die vier functies met elkaar moet verzoenen.

Daarbij is de Antwerpse haven zowel actueel als historisch gezien een bijzonder interessante casus. In het havengebied vind je de sporen van veranderende visies over industrie, natuur en zelfs mobiliteit.

Vandaag hopen we met deze interessante en veelzijdige landschapsdag een steentje bij te dragen aan de historische en ecologische kennis over onze haven.

Ik wens u alvast een interessante en leerrijke dag.

Ik dank u.