1995 - 1999

Vragen voor Minister van Vervoer, Daerden

8 July 1995

Mondelinge Vraag over de goedkeuringsprocedure voor motorfietsen

Vraag
Mijnheer de Voorzitter,
Door het koninklijk besluit van 6 april 1995 werd de homologatie-procedure voor motorfietsen grondig gewijzigd. De procedure via de officiële invoerder bleef onveranderd, maar voor de onafhankelijke invoerders, die een beroep moeten doen op de procedure via het ministerie van Verkeerswezen, werden de administratieve goedkeuringskosten voor een gewone motorfiets verhoogd van 1 800 frank tot 17 000 frank. Bovendien werd ook een keuringsprocedure ingevoerd waarvan de kosten 10 000 frank bedragen. Deze keuringsprocedure kan slechts in twee keuringsstations worden uitgevoerd, die beide in Brussel zijn gelegen.
De conformiteit van dit niet aan de Raad van State voorgelegd koninklijk besluit kan in twijfel worden getrokken. In de eerste plaats is het wellicht niet conform de Belgische wetgeving. Het bedrag van de heffing wijst immers eerder op een belasting dan op een retributie. Wat de conformiteit met de Europese regelgeving betreft, verwijs ik naar artikel 30 van het EU-Verdrag dat maatregelen verbiedt die de parallelimport bemoeilijken.
Dit koninklijk besluit, dat afgekondigd werd bij het begin van het verkoopseizoen voor motorfietsen, heeft drastische gevolgen in de sector. De verhoging van de heffingen met 25 000 frank slorpt in de meeste gevallen de brutowinstmarge op van de onafhankelijke invoerders, die meer dan 50 pct. van de markt uitmaken. Tientallen zelfstandige ondernemers worden momenteel met faillissement bedreigd.
In het licht van deze vaststellingen had ik graag van de minister vernomen of hij bereid is om de toepassing van het koninklijk besluit van 6 april 1995 voor enkele maanden ­ de duur van dit verkoopseizoen ­ op te schorten. Zal de minister een nieuwe reglementering uitwerken ? Zo ja, in welke zin ?
Antwoord
De Voorzitter. ­ Het woord is aan staatssecretaris Peeters die antwoordt namens de minister van Vervoer.
De heer Peeters, staatssecretaris voor Veiligheid, toegevoegd aan de minister van Binnenlandse Zaken, en staatssecretaris voor Maatschappelijke Integratie en Leefmilieu, toegevoegd aan de minister van Volksgezondheid. ­ Mijnheer de Voorzitter, het koninklijk besluit van 6 april 1995 heeft inderdaad als hoofddoel te voorkomen dat niet-goedgekeurde motorfietsen of motorfietsen zonder geldig gelijkvormigheidsattest worden ingeschreven.
Sedert 1992 heeft de administratie van Verkeerswezen geregeld vastgesteld dat motorfietsen werden ingeschreven waarvoor, ondanks de wettelijke verplichtingen ter zake, nog geen homologatie- of gelijkvormigheidsattest voorhanden was. Dit was vooral te wijten aan het totaal ontbreken van een systematische controle bij de inschrijving van motorfietsen die worden ingevoerd door de onafhankelijke invoerders. Om deze toestand te verhelpen werd dan ook een ontwerp van koninklijk besluit opgemaakt dat aan alle wettelijke procedures werd onderworpen, dus ook aan het advies van de Raad van State. Dit ontwerp van koninklijk besluit werd overigens ingevolge het advies van de Raad van State grondig gewijzigd op het vlak van de procedure, maar niet op het vlak van de tarieven. Vermits er toch nog steeds frauduleuze inschrijvingen werden vastgesteld, heeft de vorige minister van Verkeerswezen het na het advies van de Raad van State gewijzigde ontwerp ter ondertekening aan het Staatshoofd voorgelegd, waardoor het van kracht werd.
In de nieuwe procedure moet bij de afgifte van het homologatie-attest ook een vignet worden gekleefd, opdat de gelijkvormigheid bij de inschrijving kan worden gecontroleerd. De vergoeding die in de nieuwe homologatieprocedure van toepassing is bestaat uit twee elementen : enerzijds het bedrag dat door de automobielinspectie aangerekend wordt voor de verificatie. Het omvat de kostprijs van de prestatie, inclusief de BTW, wat neerkomt op ongeveer 10 000 frank. Anderzijds het bedrag dat door de administratie wordt aangerekend voor de afgifte van het proces verbaal van goedkeuring. Het ligt in de lijn van wat gebruikelijk is voor dergelijke prestaties.
Wij zijn ons evenwel bewust van de problemen die zich voordoen. De minister zal trouwens spoedig contact opnemen met de sector. In eerste instantie zal worden nagegaan of het mogelijk is in één globale homologatie-procedure te voorzien voor groepen voertuigen met dezelfde kenmerken, zodat de kosten kunnen worden gedrukt. Er zal ook worden nagegaan of het mogelijk is de verhoging van de vergoeding te herzien, zodat de afgifte van een proces-verbaal van goedkeuring goedkoper kan worden.
Repliek
Mijnheer de Voorzitter,
ik dank de minister voor zijn antwoord. Ik zou hem evenwel willen aanzetten tot spoed, vermits het verkoopseizoen van motorfietsen nu loopt. Er is momenteel een sterke concurrentievervalsing. Immers, degenen die in een andere Europese lidstaat motorfietsen aankopen met een geldig gelijkvormigheidsattest worden opnieuw aan de goedkeuringsprocedure onderworpen wanneer zij de voertuigen in België willen verkopen. Die goedkeuringsprocedure is trouwens compleet in strijd met het EU-Verdrag. België loopt hoe dan ook het gevaar binnenkort door de Europese Commissie veroordeeld te worden. Het maximumtarief dat door de Europese Commissie is toegestaan, bedraagt 100 ecu. Dat is dus ruimschoots minder dan de 27 000 frank die momenteel in België wordt gevraagd.