toespraken

6 June 2013

Toespraak “Ondernemen & innoveren is een kunst" tijdens KMO Contact Kempen Zomerevent @ Art Center Hugo Voeten

Dames en heren,

Toen ik de uitnodiging kreeg om u deze avond te mogen toespreken over het onderwerp “ondernemen en innoveren is een kunst”, heb ik geen seconde geaarzeld. Deze uitnodiging is voor mij een grote eer. De premisse “ondernemen en innoveren is een kunst”, kan door elk weldenkend mens enkel worden onderschreven. Gedurende eeuwen zijn ondernemerschap, innovatie en kunst met elkaar – en in elkaar – verweven. Ze zijn de motor geweest van vooruitgang en hebben geleid tot de welvaart die wij vandaag kennen. Ditwil ik even met u overlopen op basis van drie stellingen.

Dames en heren,

“Uitvinders zijn kunstenaars, en kunstenaars zijn uitvinders.”

De beroemdste en uitvinder-kunstenaar of kunstenaar-uitvinder aller tijden, is ongetwijfeld Leonardo da Vinci. We kennen zijn Mona Lisa, zijn Laatste Avondmaal, en zijn tal van andere meesterwerken. Maar hij was ook filosoof, uitvinder, ingenieur, architect, anatomist, scheikundige, mathematicus en soms was hij beiden, kunstenaar en wetenschapper. Want wat moeten we de man van Vitruvius noemen? De schets van een man waarin de geometrische verhouding van de lengte en lichaamsdelen weergegeven wordt en hoe die mathematisch vastliggen, tenminste voor wie wat hij van de schepper gekregen heeft wat in ere gehouden heeft. Is de Man van Vitruvius kunst of is het wetenschap? Zijn de schetsen die Leonarda da Vinci gemaakt heeft van vliegtuigen en bruggen zonder pijlers kunst of visionaire wetenschap? Vijfhonderd jaar geleden dacht men wellicht dat het kunst was, vandaag vliegen de vliegtuigen en zijn er bruggen gebouwd volgens de principes die da Vinci in zijn schetsen had opgenomen.

Bij de Wereldtentoonstelling van 1889 wilden de Fransen heel de wereld tonen hoe kwalitatief hun staal was. Ze bouwden een toren van 317 meter enkel uit gevlochten staal. Het was een staaltje van toegepaste wetenschap. Geen mens dacht er toen aan om die toren eeuwig te laten staan. De bedoeling was dat hij na twintig jaar zou gesloopt worden. Hij staat er nog, niet omdat we ondertussen niet zouden geloven waartoe staal in staat is, wel komen er wellicht elk jaar zes miljoen bezoekers, dat is evenveel als er Vlamingen zijn, omdat we het ondertussen een staaltje van kunst vinden.

We moeten zo ver niet kijken. In 1958 hebben wij, Belgen, bij onze Wereldtentoonstelling ter illustratie van onze vooruitgang op wetenschappelijk vlak, het Ijzeratoom in een bouwwerk omgezet. Bedoeling was dat het er slechts zes maanden zou staan. Het staat er nog. Wellicht omdat velen vinden dat het een hoge kunstwaarde heeft. Meer zelfs, de erfgenamen van ontwerper André Waterkeyn hebben het auteursrecht op alle afbeeldingen van het Atomium, geen betere illustratie dat het om kunst gaat.
Zeker architecten tonen heel vaak aan dat ze tegelijk wetenschapper en kunstenaar zijn. Dit jaar is het 150 jaar geleden dat Henry Van de Velde in Antwerpen geboren werd. Hij was oorspronkelijk kunstschilder, maar het is niet eenvoudig om daarmee een gezin te onderhouden. Zo werd hij design-ontwerpen en architect. Hij ontwierp functionele gebouwen, maar die tegelijk kunstwerken zijn. Zo kennen we de Boekentoren in Gent, verscheidene musea in Duitsland en het befaamde Kröller-Müller Museum in Otterlo, in de Veluwe.

Dat architecten kunstenaars zijn, wordt zeker ook bewezen door Wouter Bastijns en Barent Bulcke. Wij staan hier deze avond te midden van hun kunde. De wijze waarop deze oude graanfabriek is omgebouwd tot een ware kunstentempel, is imposant.

Dames en heren,

“Ondernemers zijn kunstenaars, en kunstenaars zijn ondernemers!”.

Elke ondernemer is een beetje een kunstenaar. Een onderneming ontstaan niet vanzelf. Aan de basis van elke onderneming ligt een creatief idee, een wensdroom, een visie. Daarmee gaat de ondernemer aan de slag. Hij maakt een eerste ruwe schets. De schets wordt een ontwerp en groeit langzaam uit tot een volwaardig bedrijfsplan. Dan kiest hij zijn materialen: een terrein of gebouw, construeert de financiële onderbouw, kiest zijn medewerkers,… Dan start het echte creatieve werk, hij bouwt, timmert, boetseert tot de onderneming er staat. Net als bij een kunstwerk, kost het creëren van een onderneming bloed, zweet en tranen. Maar vooral, net als een kunstenaar, wordt een ondernemer gedreven door talent. Talent voor ondernemerschap is ook meer dan het runnen van een bedrijf. Een echte ondernemer staat midden in de maatschappij. Hij creëert niet enkel “zijn onderneming”, hij bouwt aan onze samenleving. De ondernemer van morgen bouwt niet enkel welvaart op. Hij creëert tewerkstelling en timmert aan een duurzame toekomst. Net zo brengt een kunstenaar een onmisbare bijdrage aan een samenleving. Hij maakt creaties die zorgen voor verwondering, soms schoonheid, vaak emotie, in ieder geval veel wat een samenleving nodig heeft.

De grootste ondernemer-kunstenaar aller tijden is wellicht Pieter Paul Rubens. Hij was natuurlijk een artiest. Hij had het talent om goed met het penseel om te gaan. Maar hij bekwaamde zich ook in dit talent. Hij leerde de stiel bij grote meesters in Italië. Maar hij zag ook het gat in de markt. De beeldenstorm had kerken verwoest achtergelaten. De Spaanse heersers en de Katholieke Kerk wilden met de Contrareformatie tonen dat ze niet verslagen waren. Hij speelde daarop in. Hij omringde zich ook goed. Hij hield atelier in een palazzo aan de Wapper en had de beschikking over tientallen assistenten met specialismen als landschap of stilleven. Er bestaan gesigneerde Rubensen waarvan alleen het ontwerp van de meester is. Hij bouwde een onderneming uit die we mogen vergelijken met Warner Bros of Walt Disney. En misschien was hij ook wel de Bill Gates van vandaag, want men heeft voor de aardigheid eens een schatting gemaakt van wat de goederen die in zijn nalatenschap zaten vandaag waard zouden zijn. Het gaat dan niet alleen om zijn huis op de Wapper en zijn Steen in Elewijt, maar natuurlijk vooral over zijn eigen werken die hij nog in bezit had, plus die van zijn tijdgenoten die hij verzameld had. Zo bezat hij verscheidene Breugels en Zijn huizen en de 319 schilderijen die hij bezat op het moment van zijn overlijden, zijn vandaag ongeveer 15 miljard waard.

Dames en Heren,

Innovatie creëert kunst en kunst creëert innovatie”.

Toen Dries Van Wesel, Andreas Vesalius, waarvan we volgend jaar de 500stegeboortedag vieren, via dissecties meer doordrong tot kennis omtrent de anatomie van de mens, kon hij die wetenschap maar overbrengen omdat ondertussen kunstschilders de kunst verstonden om lijnen haarfijn te tekenen. Over dat samengaan van kunst en wetenschap bij Andreas Vesalius loopt volgend jaar trouwens een tentoonstelling in het Bernarduscentrum, een van de provinciegebouwen. U bent nu al uitgenodigd
Ik wil dit illustreren met nog een ander voorbeeld. Rond circa 350 v.Chr. “ontdekte” Aristoteles het basisprincipe van de beeldvorming. Meer dan duizend jaar later beschreef de Arabische wis- en natuurkundige Abu Ali al-Hasan ibn al-Haytham (965–1039) in zijn Thesaurus Opticae het principe van de camera. Doorheen de eeuwen hebben verschillende wetenschappers gewerkt aan de camera obscura. De echte doorbraak van de fotografie kwam er in de eerste helft van de negentiende eeuw toen Joseph Nicéphore Niépce, Louis Daguerre erin slaagden om beelden vast te leggen op lichtgevoelig materiaal. William Henry Fox Talbot slaagde erin om papier lichtgevoelig te maken. Dankzij deze pioniers was de fotografie definitief geboren. De fotografie groeide uit tot een heuse kunstvorm. Zonder de innovatieve doorbraak in het begin van de 19deeeuw, hadden wij vandaag in Vlaanderen geen Lieve Blancquaert en geen Stephan Vanfleteren. En had de provincie Antwerpen geen fotomuseum en had Hollywood geen filmindustrie.

Dames en heren,

Het voorbeeld van de fotografie moeten we verder zetten. We hebben in onze provincie creativiteit en ondernemerszin in overvloed. We moeten beide nog dichter bij elkaar kunnen brengen. -Vandaag werken reeds zo’n 27.000 mensen in de sector “creatieve industrie”. Dit kan nog groeien. Ik kan u deze avond een kleine primeur geven. Eind deze maand zal ik de provincieraad voorstellen om een samenwerking op te zetten tussen de Stad Antwerpen, de Provincie Antwerpen en POM Antwerpen rond creatieve industrie. Ik voorzie hiervoor de nodige middelen. De bedoeling is om actoren uit de creatieve sector, bedrijven en de overheid samen te brengen. Ik wil hiermee zoeken naar nieuwe ideeën, nieuwe niches en nieuwe projecten. De creatieve industrie wil ik niet beperken tot de regio Stad Antwerpen. Integendeel. Ik nodig u graag uit om samen te bekijken hoe we eenzelfde samenwerking op kunnen zetten in de regio Kempen. Wellicht moeten we hier ook over de grens durven kijken en een samenwerking opzetten met Brainport Eindhoven. Veel is mogelijk, uw creatieve ideeën zijn welkom.

Dames en heren,

Ik wil u nog even kort schetsen wat het provinciebestuur van Antwerpen doet om het ondernemerschap te ondersteunen.
Laat me vooreerst zeggen. U hebt deze week de provinciale bedrijfsbelasting in uw bus gekregen. Die is wat gewijzigd. De totale belasting neemt niet toe, maar we hebben de tarieven wat vereenvoudigd. Daarmee sparen we 600.000 Euro aan software kosten uit, maar het is natuurlijk de bluts met de buil. Het betekent dat voor sommigen de belasting wel toeneemt, terwijl ze voor anderen daalt. Wie geen personeel in dienst had, betaalt meer dan vorig jaar. Wie personeel heeft minder. Voor de eerste categorie is dat natuurlijk niet prettig. Maar ik kan u wel zeggen dat we de vaste afspraak hebben dat dit het belastingniveau is voor de ganse legislatuur. De tarieven zullen enkel met de index stijgen. Dit betekent wel dat we moeten besparen. De uitgaven zijn nu acht procent hoger dan de inkomsten. We hebben wel een stevige spaarpot, maar ooit raakt die op. Ik heb ook de bevoegdheid financiën.

Momenteel is het eigenlijk mijn grootste zorg om die acht procent besparingen te vinden. Tegen de zomer hopen we dat rond te hebben. Ik kan u echter wel garanderen dat we in ieder geval toch die ondersteuning aan de ondernemers bieden dat ze mogen rekenen op zes jaar stabiliteit inzake provinciale fiscaliteit.

Om ons economisch beleid vorm te geven hebben we, naast onze dienst Economie en Internationale Samenwerking, vier provinciale instrumenten, met name onze Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij (POM) Antwerpen, het provinciaal Havencentrum Lillo, ons provinciaal centrum voor duurzaam bouwen Kamp C en INNOTEK. Zoals jullie misschien welweten liggen de twee laatste in het hart van de Kempen.
In de komende jaren blijft de core business van POM Antwerpens het creëren van “ruimte om te ondernemen”. POM Antwerpen werkt vandaag op een tiental herontwikkelingsprojecten waaronder Hoboken-Hemiksem Scheldeboord, Poort tot Noeveren en het bedrijventerrein Veiling Zuid, een specifiek bedrijventerrein voor agro-industrie. In Lier realiseert POM Antwerpen zo’n 33ha aan regionale bedrijventerreinen. Maar we hebben ook oog voor de werknemers. Op Duwijck 2 in Lier de bouwden we een dienstencentrum voorzien van een kinderopvang, vergaderlokalen en een strijkatelier. Bovendien zijn zowel Den Hoek in Wijnegem als Duwijck 2 in Lier 100% CO2-neutrale bedrijventerreinen zijn. We mogen hier, als provinciebestuur, best trots op zijn.

Het zal u niet ontgaan zijn dat ik geen enkel voorbeeld heb genoemd van een project in de regio Kempen. In de Kempen hebben we de zeer performante, Intercommunale Ontwikkelingsmaatschappij voor de Kempen (IOK). Dit betekent niet dat er geen samenwerking is tussen POM Antwerpen en IOK. Integendeel, zij versterken elkaar.

En verschillende activiteiten die de Pom doet , strekken zich natuurlijk uit tot de ganse provincie. Zo kan u tot 5 juli voorstellen doen voor de financiering van duurzaamheidsprojecten op bedrijventerreinen. Voorwaarde is dat het gaat om minstens vijf bedrijven die op een bedrijventerrein samen een dergelijk project omzetten. Het initiatief hiervoor kan natuurlijk ook vertrekken van een lokale Unizo-afdeling.
Ook jonge en innovatieve bedrijven moeten ruimte krijgen. POM Antwerpen ondersteunt en werkt nauw samen metandere bedrijvencentra zoals De Winkelhaak en de Wolkammerij. De provincie Antwerpen heeft drie bedrijvencentra in eigen provinciaal beheer. Kamp C in Westerlo, reeds genoemd, richt zich op duurzaam bouwen. Het Technologiehuis in Geel en het Technologiehuis in Mol richten zich op starters en innovatieve bedrijven. In deze bedrijvencentra krijgen jonge bedrijven naast bedrijfsruimte ook tal van diensten aangeboden, zoals vergaderruimte, gepersonaliseerd telefonisch onthaal, eerstelijnsadvies,… De twee laatste bedrijvencentra worden voor de provincie Antwerpen beheerd door de vzw INNOTEK. INNOTEK richt zich op incubatie en new business met het oog op een de creatie van hoogwaardige tewerkstelling in de provincie Antwerpen. INNOTEK is bovendien een Europees Business and Innovation Center (BIC), en brengt kennis en knowhow samen om innovatief ondernemerschap in een lokale of regionale economie te stimuleren.

In samenwerking met de Universiteit Antwerpen is POM Antwerpen volop actief met de uitbouw van het Wetenschapspark Waterfont in Niel. Dit is een uniek bedrijventerrein dat zich richt op spin-offs, kleine en middelgrote ondernemingen en multinationals actief in hightech sectoren. Vandaag vestigt Waterfront tien bedrijven die gezamenlijk 400 arbeidsplaatsen genereren. Het zijn bedrijven en spin offs in de medische en de IT-sector. Twee belangrijke groeipolen in onze provincie.

Dames en heren,

Zoals u ziet wil de provincie Antwerpen ook ruimte creëren voor innovatie. We gaan in 2013 ook verder op zoek naar innovatieve niches. Ook hiervoor reik ik u de hand. Het is mijn streven om, naar analogie met de samenwerking die werd uitgebouwd met de Universiteit Antwerpen, een samenwerking op te zetten met de kennisinstellingen in de Kempen. In de eerste plaats denk ik aan VITO en de hogeschool Thomas More. En uiteraard wil ik hierover in dialoog gaan met alle partners in de Kempense Innovatieraad.

Ik nodig u alvast graag uit voor een concreet project. U kent wellicht het Cleantech-programma ven de Vlaamse regering. Cleantech staat voor ‘Clean Technology’ of schone en zuivere technologie. Vorig jaar ondertekenden de Vlaamse regering en de vijf Vlaamse provincies een cleantech- samenwerkingsakkoord. We hebben het werk verdeeld onder de vijf provincies. Inde provincie Antwerpen focussen we ons vooreerst op de sector bouw. Het ligt dan ook voor de hand dat Kamp C in Westerlo uit moet groeien tot het Cleantech-ankerpunt van onze provincie. De bouwsector is één van de belangrijkste speerpuntsectoren in de regio Kempen. Laten we dan ook samen rond de tafel zitten en letterlijk bouwen aan een duurzame toekomst.

Dames en heren,

Het zal u niet verbazen dat ik afsluit met de inspanningen die we doen voor het versterken van de detailhandel. Ik ben zelf als slagerszoon opgegroeid in een detailhandelszaak. Ik weet hoeveel voldoening men kan halen uit het dagelijkse contact met de klant en de wil om via toegewijde inzet steeds kwaliteit te brengen, maar ook hoe moeilijk men het vaak heeft.
We zijn een sterke winkelprovincie, relatief de sterkste van het land, met soms heel hoge successen, maar ook met minpunten. Vandaag worden we geconfronteerd met heel wat leegstand. Turnhout is daarbij een spijtige koploper.

Ook Unizo Kempen doet heel wat inspanningen. Samen met Vito hebben ze het succesvolle project “Er zit geld verstopt in je supermarkt!” waarmee supermarkten advies kregen om te komen tot energiebesparing. Meer dan 140 supermarkten werden hierdoor bereikt.
Als provincie Antwerpen willen we samen met Unizo de detailhandelaar verder wapenen. Ook dit is een primeur voor vanavond. Vanochtend heb ik aan de deputatie voorgelegd om samen met Unizo gemeentelijke infosessies te organiseren waarbij detailhandelaars getraind worden in verkoopsgesprekken, gebruik van online-verkoop, omgaan met media, ook de sociale media, veiligheid, winkelinrichting e.d. De deputatie heeft dit goedgekeurd. Het zal voorgelegd worden aan de provincieraad van eind deze maand.

Daarnaast bieden we de gemeenten Locatus, Koopstromenonderzoek en nemen we coaches in dienst om hen te ondersteunen in hun detailhandelsbeleid.

Ik dank u voor uw aandacht.
Ludwig Caluwé
Gedeputeerde voor economie